Kritisch rapport Rekenkamer ‘Gelijke kansen in het mbo’

‘De minister noch de mbo-instellingen hebben inzicht of de kwetsbaarste jongeren met dit beleid zijn geholpen’. Dit  staat in de op 12 september 2023 uitgebrachte publicatie Gelijke kansen in het middelbaar beroepsonderwijs . Het is onduidelijk of het kabinet de kansenongelijkheid in het mbo tegengaat met de  4 miljard euro’s die hieraan worden uitgegeven, zegt de Algemene Rekenkamer in dit rapport.

Het onderzoek van de Algemene Rekenkamer wijst uit dat het afhangt van de instelling, en in de praktijk ook van individuele docenten, mentoren en stagebegeleiders, of studenten die extra ondersteuning nodig hebben dat ook krijgen. Dat signaleren studenten zelf, maar ook onderwijsteams en leerbedrijven. Deze verschillen kunnen ervoor zorgen dat een ongunstige uitgangspositie van studenten in het mbo, vanwege bijvoorbeeld de thuissituatie, kan blijven bestaan. De Rekenkamer heeft met  310 studenten gesproken en daar is toen regelmatig aangegeven dat signalen van stagediscriminatie of gebrekkige begeleiding door werkgevers bij leerbedrijven niet of nauwelijks tot maatregelen leiden door onderwijsteams. Studenten ervaren ook drempels om deze signalen af te geven.

Lees ook: Gelijke kansen in het middelbaar beroepsonderwijs

Het belang van een goede beloning voor de docentfunctie in het MBO.

De functiemixboeken van het Platform Medezeggenschap MBO hebben inzichtelijk gemaakt dat er al jarenlang structureel te weinig geld is uitgeven aan de beloning van docenten in het mbo. Zeker nu het steeds moeilijker wordt om voldoende goed geschoolde en bevoegde docenten en instructeurs voor de klas te krijgen is het noodzakelijk om hierin verandering te brengen. In verreweg de meeste mbo-instellingen is de LC-functie nog steeds niet de spilfunctie en wordt de LD-functie nauwelijks en de LE-functie al helemaal niet vergeven. Om deze downgrading om te buigen naar upgrading is extra geld beschikbaar en daarover moeten in het kader van de werkagenda (onderdeel 3.3) afspraken gemaakt worden. Om tot duidelijke afspraken hierover te komen hebben de bonden samen met het Platform Medezeggenschap MBO een brief opgesteld die wij onlangs naar onze aangeslotenen hebben gestuurd.

In aanvulling op deze brief zouden wij u willen aanraden om te streven naar concrete afspraken over:

• Het percentage LC docenten in de instelling: uitgangspunt moet zijn ten minste 60% LC. Ook de percentages LD en LE zouden moeten worden vastgelegd overeenkomstig de streefcijfers (12% LD en 2% LE) uit het Convenant 2008.

• Zodanige omschrijving van de docentfuncties dat carrière voor de klas (uitsluitend onderwijs geven) mogelijk is.

• Alleen docenten die een significant deel (bijvoorbeeld minimaal 50%) van alle werkzaamheden uit het compartiment van 1200 klokuren als lesgevende taak blijvend uitvoeren tellen mee voor de percentages LC, LD en LE.

Vacatures LC, LD en LE door vertrek worden automatisch weer ingevuld in LC, LD en LE.

• De instelling voldoet uiterlijk per 1 januari 2027 aan de afgesproken percentages.

• Het geld om dit te verwezenlijken wordt een geoormerkt deel van de lumpsum. Jaarlijks wordt door  de accountant gecontroleerd of besteding overeenkomstig de afspraken is geschied.

Lees ook de brief “Carrièreperspectief MBO”

Krapte arbeidsmarkt drukt aantal mbo-studenten.

Bij 42 van de 57 mbo-instellingen daalde het aantal studenten tussen oktober 2020 en oktober 2021. Het aantal studenten in de Beroeps Opleidende Leerweg (BOL) daalde met ongeveer 2,5%. In de Beroeps Begeleidende Leerweg (BBL) nam het aantal studenten juist toe. Een verklaring is de krapte op de arbeidsmarkt: daardoor kiezen jongeren sneller voor een praktische opleiding.

Een deel van de mbo-studenten stopt ook vroegtijdig met de studie, omdat mbo’ers vanwege de personeelstekorten al tijdens hun studie een baan aangeboden krijgen. Dat was in 2021 het geval, maar zal dit jaar naar verwachting alleen maar zijn toegenomen, aldus het CBS.

Bron: CBS en OCW 03-11-2022

Regeling Salarismix in Werkagenda MBO

Minister Dijkgraaf heeft besloten om vanaf 2024 te stoppen met de Regeling Salarismix . Deze regeling geldt alleen voor de Randstad met een budget van 53 miljoen euro per om het onderwijspersoneel in het mbo een beter carrièreperspectief te kunnen bieden. Het zou nu ingevuld slechts gebruikt worden voor een hogere inschaling *).

Net als de sociale partners wil de minister de Regeling Salarismix nu uitbreiden naar heel Nederland om zo een goed carrièreperspectief kunnen bieden aan het onderwijspersoneel aan alle mbo-instellingen. Het budget uit de huidige Regeling Salarismix (53 miljoen) zal tezamen met 90 miljoen uit het budget van de Kwaliteitsafspraken beschikbaar, in totaal 143 miljoen euro, gesteld worden in een nieuwe Regeling Salarismix zoals voorgesteld in de Werkagenda MBO.

*) Onderzoek van Oberon, onze enquêtes en de gegevens op www.functiemix.nl laten een ander beeld zien.

ROC Mondriaan schrapt laagste salarisschalen

ROC Mondriaan uit Den Haag schaft de laagste twee salarisschalen af. Het minimumloon op de school wordt 2300 euro bruto per maand. De school ziet dat de kosten voor levensonderhoud enorm zijn gestegen en wil dat haar medewerkers en studenten ‘zonder al te veel zorgen kunnen bouwen aan hun toekomst’.

Vooral facilitair personeel in de laagste salarisschalen. Het gaat om ongeveer 70 personen. Zij krijgen met terugwerkende kracht – vanaf januari 2022 – 2300 euro bruto bij een voltijdbaan. De school schrapt schaal 1 en schaal 2, en in schaal 3 tot en met 7 wordt 2300 euro bruto het minimumloon bij fulltime werken. Dat levert voor werknemers een positief verschil op van bijna 300 euro bruto per maand, aldus ROC Mondriaan.

Bron: AOb, 12-10-2022

Meer lezen >>