Wie heeft er wat te zeggen?

Tweedaagse Platform Medezeggenschap (29 en 30 september)

Zeggenschap klinkt mooi, maar….

Na de eerste workshopronde en een kort woord van welkom door Rob van Nederkoorn is het de beurt aan Aleid Truijens, de vaste onderwijscolumniste van de Volkskrant, die het komende uur met de zaal in debat gaat aan de hand van 10 stellingen. “Hartelijk dank, jullie hebben heel veel goede suggesties aangedragen om over allerlei dingen met elkaar van gedachten te kunnen wisselen. We hebben ze samengepakt in 10 stellingen. Ik hoop op een uitwisseling van vele mooie gedachten in deze sfeervolle omgeving”, opent Aleid het debat.

De eerste stelling verschijnt op het scherm en Aleid licht, de stelling toe met: ”Ik vind wel dat de leraar vrijwel alle zeggenschap moet hebben, maar: dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Ik ben heel benieuwd wat u daarvan vindt”.  Iemand brengt in dat ‘zeggenschap’ afhankelijk is van allerlei externe factoren.  ”Bijvoorbeeld het vak burgerschap dat opgesteld is door het ministerie van OCW”. Daarop reageert een ander met: “Onderwijsbeleid krijgt vorm voor de klas en daar ga ik zelf over”.

“Maar draai de stelling eens om!”, zegt plotseling een van de aanwezigen. “Bijvoorbeeld als mijn kind in een klas zit met een leraar die zelf doet waar die zin in heeft, daar heb ik wel moeite mee”.  Waar Aleid op reageert: “Als het een goede leraar is, zou ik het prima vinden”.

Laaggeletterdheid

Tweedaagse Platform Medezeggenschap (29 en 30 september)

Slechte taalvaardigheid leidt tot ongelukken

“Van de Nederlandse 15-jarigen is 25 procent laaggeletterd. Om die ramp te keren moeten er meer uren komen voor het vak Nederlands en moeten alle docenten aantoonbaar het referentieniveau 3F voor taal hebben”, luidt de volgende stelling.

Uit de zaal reageert iemand: “Taal is de sleutel tot het latere maatschappelijke leven en studenten moeten de kans krijgen die goed aan te leren. We moeten voorkomen dat we in het mbo gaan zeggen dat een ‘goede’ loodgieter geen email hoeft te kunnen schrijven”. Een docent Nederlands pleit ervoor om op zijn minst 3F te eisen van docenten en dit in de toekomst te verhogen naar 4F. 

Verder komen kansengelijkheid en burgerschap aan de orde.

Aleid: “Ook ik vind dat je leerlingen ongelijk moet behandelen, dus meer aandacht moet geven als ze van huis uit minder meekrijgen. Maar voorspel als docent niet het niveau dat ze gaan halen, laat dat open. In Nederland doen we dat niet met onze adviezen in groep 8, waar we kinderen te vroeg op vastpinnen”.

Moderne medezeggenschap

Tweedaagse Platform Medezeggenschap (29 en 30 september)

Op de tweede dag waren er plenaire presentaties over de rol van de ondernemingsraden in het mbo, de uitkomsten van de enquête over de werkdruk en de besteding van de gelden voor de functiemix.

Isaäk Mol, auteur van het boek 7 Skills van Modern Medezeggenschap, mocht de 2e dag openen.  Met zijn achtergrond als historicus nam hij zijn gehoor mee naar het begin van de medezeggenschap in 1878.  Via een korte blik in de geschiedenis kwamen we uit in het jaar 2010 waarin het mbo onder WOR kwam te vallen. Vanaf die tijd kunnen we spreken van ‘moderne medezeggenschap’, waarin het conflictmodel grotendeels is verdwenen. Besluiten komen tegenwoordig tot stand op basis van betrokkenheid, beïnvloeding en overtuigen. Hetgeen betekent dat het instrumentarium ook voor ondernemingsraden uitgebreid is met pitching, framing, visievorming en draagkracht. Alle zeven vaardigheden werden door Isaak vakkundig onde de loep genomen en toegelicht.

Werkdruk

Tweedaagse Platform Medezeggenschap (29 en 30 september)

Werkdruk, druk met werk en toch gelukkig?

Met deze vraag opende Wouter van der Toorn, zijn presentatie over de resultaten van de enquête die Platform Medezeggenschap MBO in 2021 onder haar aangeslotenen heeft gehouden. De respons bedroeg 80%, hetgeen volgens Wouter een objectief beeld gaf van de uitkomsten.

“In september 2018 publiceerde een trotse MBO Raad, dat in de nieuwe cao opgenomen was dat men met een werkdrukplan aan de slag ging om de werkdruk te verminderen en het werkplezier te verhogen”, opent Wouter zijn bijdrage. Werkdruk, werkplezier en werkgeluk zijn begrippen die voortdurend voorbijkomen als hij de zaal vraagt of en hoe ze werkdruk en werkplezier ervaren.

“Conclusie mag dus zijn, dat minder werkdruk, minder stress en meer werkplezier oplevert. En werkplezier aangeeft dat je plezier hebt in wat je doet. En bij werkgeluk kun je dus denken aan het feit dat je blij wordt van je werk. Ik denk dat ik het zo wel mag samenvatten”, zegt Wouter.

Hij vervolgt met; “de respons van 80% op onze enquête geeft ook aan dat ik u mag bedanken want zonder uw medewerking kunnen wij geen platform zijn van kennisuitwisseling. Maar nu even naar enkele uitkomsten. Ons onderzoek richtte zich op de effectiviteit van de werkdrukplannen en de hoofdvraag was; is er sprake van vermindering van de werkdruk in relatie tot het recht op instemming op de hoofdlijnen van de begroting? De resultaten vallen echter tegen; 30% geeft aan nog geen werkdrukplan te hebben, 56% van de respondenten beoordeeld het werkdrukplan als onvoldoende en 63% geeft aan dat onbekend is welke middelen vrijgemaakt worden voor het verlagen van de werkdruk”.

Volgens Wouter zijn er voor ondernemingsraden, op basis van het instemmingsrecht, mogelijkheden om de verlaging van de werkdruk door meer docenten in de klas op te nemen in de hoofdlijnen van de begroting en de inzet van extra personeel zichtbaar te maken in het meerjarenformatieplan.

“Afrondend wil ik u ook nog vragen om niet alleen de focus te leggen op de werkdruk, maar ook op duurzamere zaken als werkplezier en werkgeluk die op de lange termijn effectief zijn gebleken bij het verlagen van de werkdruk”.

OR Conflicten

Tweedaagse Platform Medezeggenschap (29 en 30 september)

Voorkom een OR-Conflict

Volgens René van Oorschot, o.a. lid van de bedrijfscommissie van de SER, zijn conflicten vaak zo beladen dat we het kind met het badwater weg dreigen te gooien. “Hoe voorkom je dat? Vaak door het conflict op tijd te herkennen, hulp van buiten in te schakelen, je incasseringsvermogen te vergroten of het soms gewoon te negeren houdt René zijn aandachtige gehoor voor.


“Maar laten we even naar wat feiten kijken”, vervolgt René. “26% van de werkenden heeft een conflict, een arbeidsconflict kost € 27.000, werkstress kost ons € 3,1 miljard per jaar en 70% van het verzuim is niet medisch.
“Bij een conflict kun je als ondernemingsraad de Bedrijfscommissie van de SER inschakelen en die is gratis”.


Ondernemingsraden krijgen jaarlijks ongeveer 80.000 advies- en instemmingsvragen voorgelegd. Slechts een beperkt aantal adviesgeschillen komt bij de Ondernemingskamer terecht en dit leidt tot niet meer dan 5 uitspraken per jaar.

Een landelijke functiebeschrijving

Tweedaagse Platform Medezeggenschap (29 en 30 september)

67 miljoen in een bodemloze put?

Rob Nederkoorn brengt in zijn slotwoord nog twee zaken te berde. Allereerst de uitkomsten van het Oberon onderzoek naar de salarismix in de Randstad. Rob: “Een gemengd succes staat er op de titelpagina, maar dat is het niet. Er is geen succes. Bedroeg in 2014 bedroeg het aandeel LC in de functiemix in de Randstadregio’s 51%, in 2021 was het aandeel gedaald naar 46,8%. Deze daling roept vragen op. In de laatste twee jaar is ruim 67 miljoen euro ter beschikking gesteld om de werkdruk in de Randstadregio’s te verlagen en de functiemix te verbeteren. En toch is er alleen maar sprake van een terugloop van het aandeel LC! Hoewel 75% van het geld (50,3 miljoen euro) bestemd was ter verbetering van de functiemix, en 25% (16,7 miljoen) ter verlaging van de werkdruk is daar weinig van terecht gekomen. Het meeste geld is toegevoegd aan de algemene middelen.“Er zijn slechts vier instellingen in de Randstad die sinds 2019 een verbetering in de functiemix laten zien, de andere lijken zich af te vragen waar al dat geld nou toch voor bedoeld is.

Landelijke functiebeschrijving!

Tot slot stelt Nederkoorn dat er op dit moment op sommige instellingen merkwaardige functiebeschrijvingen ontwikkeld worden, die het mogelijk maken om lesgevenden op oneigenlijke gronden een LC-functie te onthouden. Hij vraagt de aanwezigen of Platform Medezeggenschap MBO zich moet gaan inzetten om te komen tot landelijke geldende functiebeschrijvingen die recht doen aan de gemaakte afspraken. De aanwezigen gaan hiermee akkoord.

NPO verlengd voor mbo en hoger onderwijs

Het Nationaal Programma Onderwijs (NPO) wordt voor het mbo en het hoger onderwijs met een jaar verlengd. Hiermee krijgen studenten en instellingen meer tijd om te werken aan herstel. Dat heeft onderwijsminister Robbert Dijkgraaf bekendgemaakt.

Mbo’s, hogescholen en universiteiten zijn afgelopen jaar aan de slag gegaan met de uitvoering van het NPO. Het programma is bedoeld om studievertragingen, achterstanden en stagetekorten weg te werken die door corona zijn ontstaan. Mbo’s, hogescholen en universiteiten krijgen een jaar extra om de beschikbare middelen te besteden aan studentenwelzijn. De middelen kunnen nu tot eind 2023 worden besteed, met 2024 als uitloopjaar.

MBO Westland zegt bezoek premier Rutte af na aankondiging protesten

MBO Westland heeft een bezoek van minister-president Mark Rutte woensdag afgezegd. Omdat gevreesd wordt voor protesten zou dat de bereikbaarheid van de school voor leerlingen belemmeren, verklaart een bron binnen de school aan WOS, mediapartner van Omroep West. World Horti Center, waar de school gevestigd is, bevestigt dat aan Omroep West.

Rutte zou naar de school komen om te spreken met zogenoemde Skills Heroes, mbo-studenten die tijdens de nationale vakwedstrijden voor het mbo zijn uitgeroepen tot Nederlands kampioen in hun vakgebied.

Meer lezen>>

Kabinet investeert 1 miljard in ‘leven lang ontwikkelen’

Minister Wiersma schrijft in een dikke brief dat in 2030 62% van alle volwassenen deel moet nemen aan een vorm van scholing. Om dit te realiseren investeert het kabinet de komende jaren meer dan 1 miljard euro in ‘leven lang ontwikkelen’.

Doel is het versterken van de ‘leer- en ontwikkelcultuur’ in Nederland. Het moet voor iedere Nederlander vanzelfsprekend worden om van tijd tot tijd aan nascholing te doen.

Lees hier de brief over de beleidslijnen rond leven lang ontwikkelen

Mbo koploper met tijdelijke docenten

Bijna een op de vijf docenten in het mbo heeft een tijdelijk contract. Bij de ‘groene’ opleidingscentra is dat een kwart. “We moeten het aantrekkelijk maken om in het onderwijs te werken. Dat zit hem in salaris, maar ook in de zekerheid van een vast contract.

De twijfelachtige eer van lijstaanvoerder gaat naar MBO Amersfoort. Het roc met zo’n 8000 studenten heeft nog een jonge geschiedenis: het was een van de scholen die negen jaar geleden voortkwamen uit de brokstukken van de Amarantis Onderwijsgroep.

MBO Amersfoort maakte tot 2019 een flinke groei door. Bij deze instelling heeft 28,5 procent van het onderwijsgevend personeel een tijdelijk contract. Dat is twee keer zoveel als bij sommige andere roc’s, zoals het Graafschap College.

“Het is geen bewust beleid om zoveel mogelijk tijdelijke aanstellingen te hebben”, reageert vice-voorzitter Gert-Jan Lantinga. Volgens hem speelt in voorgaande jaren de groei van de formatie een rol, en sinds 2021 het extra geld uit de diepe buidel van het Nationaal Programma Onderwijs (NPO). “We krijgen veel geld erbij de laatste jaren, of het nou over NPO gaat of over subsidies. Ik voorspel je dat bij alle instellingen het percentage tijdelijke contracten gaat stijgen.” Waarna hij aanvult: “Geld is niet het probleem, maar gekwalificeerde docenten zien te vinden. Een advertentie ‘docent installatietechniek gezocht’: forget it, kansloos.”

bron: Onderwijsblad, 08-09-2022